We rijden steeds meer elektrisch of hybride, dus ook de bedrijfswagens gaan meer en meer die richting uit. Het opladen gebeurt vaak thuis. De laadinfrastructuur thuis bij de bedrijfsleider of werknemer wordt niet belast. Bij het verbruik van de elektriciteit is dit minder vanzelfsprekend. Deze moet aan werkelijke kostprijs, maar je raadt het al: wat verstaat de fiscus onder werkelijke kostprijs?
Sinds dit jaar is er de langverwachte omzendbrief van de minister. De terugbetaling moet op basis van een vast tarief per kilowattuur. Je hebt 2 opties:
De vennootschap houdt rekening met de woonplaats van de werknemer en moet vervolgens het tarief voor dat gewest toepassen. Het maximale bedrag wordt hierbij per kwartaal berekend en deze berekening wordt gemaakt door de fiscus en CREG.
Kwartaal | Vlaanderen | Brussel | Wallonië |
Q3/2025 | 34,56 | 37,87 | 38,43 |
Q2/2025 | 31,94 | 35,85 | 36,18 |
Q1/2025 | 28,22 | 32,94 | 32,56 |
De vennootschap kan ook geen rekening houden met de woonplaats van de werkgever. Dan moet het laagste tarief van alle gewesten worden toegepast. Deze keuze geldt voor het hele jaar.
Het effectieve gebruik moet bewezen worden, dit kan via een uitprint van de laadgegevens uit laadpaal of via het tellen van de kWh, via een toestel te koop in de speciaalzaak. Men moet zelfs bewijzen dat het effectief de bedrijfswagen is die heeft geladen. Een oplossing kan een intelligent laadstation zijn met badge per wagen.